Een ode aan de reisgenoot

“Ik ging dus naar de WC en toen stond ik per ongeluk buiten en mocht ik niet meer naar binnen. Vet stom maar mijn telefoon was leeg dus kon niet bellen. Ik ben dus veilig thuis beland.”  Legendarische woorden in een Facebook bericht na mijn eerste avond stappen met de persoon die mijn nieuwste reismaatje zou worden. Na die avond vormden Lissa en ik een team, België – Nederland, frieten versus patat, en voor 3 maanden een constante factor tijdens mijn reis; reismaatjes. Een reismaatje komt in vele vormen en maten maar ze hebben allemaal een paar dingen gemeen, voor een periode van je reis zijn ze je vertrouwenspersoon, je tegenspeler met kaartspelletjes, je persoonlijke fotograaf, persoon die afwisselend onder en boven je slaapt in stapelbedden en op je spullen past als je naar de wc moet.

Kletsen zonder te praten

Dat je zonder te praten ver kan komen bewijst mijn vriendschap met Martha wel. We ontmoetten elkaar op een yoga surf kamp in Sri Lanka. “Hi, where are you from?” De meest gestelde vraag tussen backpackers, we zijn allemaal niet zo origineel als we zo graag zelf denken. “Netherlands and yourself?” “Cataluña.” Toevallig had ik die morgen nog met een Catalaanse ontbeten en wist ik dat het een nationale feestdag was. “Oh happy Cataluña day.”  Dat is hoe je snel vrienden maakt. We besluiten na een week op kamp samen verder te reizen. Wat onze relatie ietwat bemoeilijkte is dat Martha weinig Engels spreekt. Gelukkig bestaat er Google translate en kom je met handen en voeten een heel eind. Na ruim 2 weken samen op pad te zijn geweest gebeurt er iets wonderlijks, we hebben eigenlijk geen taal of beter gezegd volzinnen meer nodig. Ik kan aan haar gezicht en zij aan het mijne zien wat de ander bedoelt en we maken elkaars zinnen in onze eigen talen af. Taal is soms zo veel meer dan praten alleen.

img-20180927-wa0096

Een goed team, van links naar rechts, ik, Sadia, Lisa, Ned en Martha (Worlds’ end, Sri Lanka)

In goede tijden en in slechte tijden

Jarig zijn op reis, het was iets waar ik zin in had en tegelijk soms buikpijn van kreeg als ik er aan dacht. Lissa zei gelukkig al snel dat ze dat best met me wilde vieren en omdat we uiteraard super spontane chicks zijn, hadden we al snel een groepje om ons heen verzameld dat wel mee wilde vieren. Die ochtend was ik eigenlijk te brak om mijn verjaardag te vieren, maar ik sleepte me naar een restaurant voor een ontbijt en heel erg veel water. Een kater op je negenentwintigste gaat je niet in je koude kleren zitten, trust me. Ik zat stilletjes stervend aan de ontbijttafel, biddend tot de paracetamol-goden dat ik op mijn verjaardag wel de rivier op kon om me te laten binnen hengelen door de cafés aldaar. Ondertussen maakte mijn feestgezelschap zich klaar voor wat een uitgelaten feestdag moest worden.  Wat ik niet wist was dat er taart was geregeld door twee van mijn reisgenoten en dat Lissa een kadootje voor me had gekocht. Dankzij mijn lieve reismaatjes dacht ik die dag niet zozeer aan wat ik thuis had kunnen doen, maar had ik één van mijn tofste verjaardagen ooit. Dat mijn verjaardag ook andere (wat meer ongewenste) gevolgen zou kunnen hebben had ik natuurlijk niet kunnen voorspellen. Tuben in Vang Vieng in Laos is leuk maar niet heel erg hygiënisch. Ik heb dan ook op mijn verjaardag een parasiet opgelopen. Wat volgde was een van de ergste reisziektes die ik in al mijn reisjes heb opgelopen. Ik zal je de minder smakelijke details besparen maar neem van mijn aan dat het geen pretje was. Zonder de gestage stroom medicatie van Lissa en de beslissing een paar dagen in een privékamer bij te komen, weet ik niet hoe ik er heelhuids uit ben gekomen. Andersom werkt het soms ook zo, toen onze vriendin Shari ziek werd zorgden wij voor haar. En Lissa, die een achteraf gezien vrij heftige wond overhield aan een heldhaftige poging mijn scooter uit de modder te verwijderen had in de weken daarna een verpleegster aan mij. Je reismaatje is precies dat: je maatje, door dik en dun en als je partner in crime assistentie nodig heeft dan ben je er voor diegene.

img-20181125-wa0068

Teamfoto, van links naar rechts Shari, ik en Lissa (abandoned waterpark Hué, Vietnam)

 

En dan ben je weer alleen

De aard van je relatie met je reismaatje is tijdelijk, uiteindelijk is iedereen bezig met zijn of haar eigen reis en zal je op een bepaald moment een andere kant op gaan. Vaak is dat verdrietig, een enkele keer is het een opluchting. Maar de eerste keer dat je weer alleen een hostel in loopt, op zoek naar iemand om je rug in te smeren of een ontbijt mee te delen, is altijd een beetje gek en ongemakkelijk. Hoewel tijdelijk van aard, de relatie met je reismaatje is heel hecht. Hij of zij is degene bij wie je je hart soms uitstort, degene met wie je slechte beslissingen neemt (al dan niet inclusief buckets op een Thais strand) en de persoon met wie je te gekke avonturen beleeft.  Als je weer alleen verder gaat voelt het soms als een verbroken relatie, inclusief een gebroken hart. Maar het mooiste van deze vriendschappen is dat je iets bijzonders deelt, een ervaring die alleen jullie hebben gehad en daarom is dat een band die je niet zomaar meer verbreekt.

Ik heb in dit stukje maar drie reismaatjes bij naam genoemd, maar er zijn er veel meer en ik ontmoet met regelmaat nieuwe reisvriendjes. Als je ze wilt zien dan vind je ze onder andere via mijn instagram. Het is heel cliché maar dat is nu eenmaal vaak het geval met dingen die waar zijn, je reist zelden echt alleen.

Liefs, Talitha

img-20181028-wa0019.jpg

Een deel van het verjaardagteam, Vang Vieng in Laos

20181008_222825.jpg

Een foto van die beruchte eerste avond in Chiang Mai, van links naar rechts Lissa, Holly en ik.

3 gedachten over “Een ode aan de reisgenoot”

Plaats een reactie