Het grindpad onder mij gaat snel voorbij, ik rij 40 en ik denk onwillekeurig aan de laatste keer dat ik op een grindpad viel. Het was in het dorp waar ik vandaan kom op het pad naar de molen, ik viel van mijn fiets en moest naar de dokter om de kiezels één voor één uit mijn knie te laten halen. Ik heb nog steeds een litteken op mijn rechterknie als bewijs van algemene onhandigheid. Deze weg heeft veel meer gaten, diepe kuilen die zich soms zichtbaar midden op de weg bevinden of hele stukken asfalt die zijn weggeslagen. Ik ben in Laos en zit op een Honda motor, weer ben ik over mijn grenzen heen gegaan en heb ik een angst overwonnen.
Hoe een gymkneusje sportief is geworden
Ik werd echt nooit als eerste gekozen tijdens de gymlessen op school, ik ben geen hardloper en ik heb van mijn leven nog nooit in een touw kunnen klimmen. De enige sport waarbij ik nooit als laatste overbleef om gekozen te worden was trefbal. Ik was zo bang voor de bal dat ik nooit werd geraakt door de tegenpartij, al kon ik nog geen tegenstander raken al had hij of zij op 50 centimeter afstand versteend stilgestaan, ik bleef dus wel altijd als laatste over. Dat ik dus ooit lange wandelingen in de bergen zou maken, op blote voeten van rotsen zou klimmen om in een waterval te zwemmen, 6 rondjes op open water om een boot heen zou zwemmen voor het behalen van mijn duikbrevet of klauterend op hoge hoogte over los liggende stenen zou klimmen om een mooie zonsondergang op een berg te kunnen bewonderen is niet heel waarschijnlijk. Toch heb ik al deze dingen vaker gedaan en komt het meer dan eens per week voor dat ik mijn angsten opzij zet omdat er een mooie beloning tegenover staat. Een paar jaar geleden ging ik nog bijna huilend een klif af tijdens een wandeling in de jungle in Maleisië, enkele weken geleden klom ik in het donker over losliggende rotsen met een diep onbeschermd dal naast me naar beneden na het zien van een waanzinnige zonsondergang. Ik was niet de snelste van de groep maar ik deed het zonder tranen. Het mooie van een reis als deze is dat je door uit je comfortzone te stappen erachter komt dat de beperkingen die je jezelf hebt opgelegd niks anders dan dat zijn, beperkingen die je jezelf oplegt. Er is geen sociaal vangnet aanwezig dus je zult zelf je boontjes moeten doppen, soms geholpen door reismaatjes maar de kracht om dingen te ondernemen komt vooral uit jezelf. Je moet soms je eigen handje vasthouden. Zo ben ik dus stapje bij beetje sportiever geworden en word ik juist heel gelukkig van lange wandelingen in de bergen en vind ik het zoeken met mijn voeten naar een geschikt pad om te beklimmen juist heel erg leuk.
Van zwembad prinses naar zeemeermin
Mijn ouders lachen nog steeds om die keer dat ze voor mij en mijn zusje snorkelsetjes kochten op vakantie en wij één vis zagen om vervolgens de hele vakantie in het zwembad te spenderen. Niks kreeg ons nog de zee in. Tegenwoordig probeer ik overal waar ik kan te duiken en vind ik niks ontspannender dan de diepere zeeën te ontdekken en zoveel mogelijk vissen, haaien en andere inwoners van de zee de spotten.
Mijn beste vriendin wilde per se duiken toen ze me jaren geleden bezocht in Maleisië en omdat ik haar vakantie niet wilde bederven ging ik met een zwaar gevoel mee het water in. Ik deed hand in hand met een duikinstructeur mijn eerste duik. Echt heel stoer was ik dus niet. Ik vond het doodeng maar bij het zien van een heus “finding Nemo” visje was ik ondanks de doodsangst die ik nog steeds overal voelde, verkocht. Twee weken later haalde ik mijn duikbrevet.
Ik denk dat over je eigen grenzen heen gaan en je angsten overwinnen een groot onderdeel van het solo reizen is. Zonder mensen om je heen die je in je angsten bevestigen of juist je proberen te beschermen ga je soms verder dan je thuis zou gaan.
En zo bevond ik mij dus ineens op een Honda motor. Ik, die een week voor vertrek voor het eerste op een scootertje met 35 door de Zeeuwse polder heen reed, aarzelend en onhandig.
Bestaan er zijwieltjes voor motoren?
Een vraag die ik mezelf stelde voor ik voor vier dagen een motorloop door een zuidelijke provincie in Laos deed. Een maand geleden ging ik nog met een zwaar gevoel achterop van Pai naar Chiang Mai, een rit met 726 bochten door de bergen. En nu ging ik zelf rijden? In een land waar de wegen meer geschikt zijn voor potjes knikkeren dan als een vitaal stukje infrastructuur? Het was ook nog eens mijn idee, maar in mijn hoofd klonk het toch een stukje minder intens dan dit moment nu ik een oefenrondje op mijn zwarte Honda moet rijden van de mevrouw van de verhuur. We kijken beiden bedenkelijk, het is namelijk wel duidelijk dat ik behoorlijk bang ben, ik heb rode vlekken in mijn nek en ik durf amper een bocht te maken. Toch gaan we, met zijn zessen, ik ruim achter de rest. We rijden vandaag 100 kilometer en mijn snelheidsmeter raakt amper de 30 kilometer per uur aan, op dit tempo kan ik wel een visumverlenging aanvragen. Door een samenloop van omstandigheden rijden we de eerste avond in het donker de laatste 40 kilometer in het donker door de bergen. We komen zonder kleerscheuren aan en ik ga opgelucht slapen. Ik merk dat ik iedere dag een stukje behendiger word, iedere dag een stukje sneller. Gelukkig wordt er geen druk op me gelegd sneller te rijden en zo rijd ik zonder veel incidenten over zandpaden, grindpaden en haarspeldbochten. Op de laatste dag rijd ik zelf een stuk voorop en vraag ik me hardop af of een motorrijbewijs niet leuk is om te halen wanneer ik me weer in Nederland bevind. Ik, de verpersoonlijking van ’12 steden 13 ongelukken’, heb een loop van vier dagen door Laos gereden. Misschien wordt het tijd dat ik mezelf niet meer ga zien als een onhandig olifantje in een levensgrote porseleinkast maar als een badass met een backpack. Wie weet, voorlopig maar eens op zoek naar nieuwe uitdagingen en nieuwe angsten om te overwinnen.
Liefs, Talitha
Ik links op mijn Honda op een zandpad in centraal zuid Laos
*- Pippi Langkous
Weer mooi geschreven Talitha en inderdaad je kunt veel meer dan je denkt. Liefs mam trots op je 😙
LikeLike
Toppertje, goed bezig
LikeLike